Hoe je de veiligheidscultuur naar een hoger plan tilt

Interview door Elise Kwakkebos -Termeer
bedrijf veiliger maken

Aan elk bedrijfsongeval gaan gemiddeld 30 bijna-ongevallen vooraf. Denk niet dat het alleen de bedrijven treft die het niet zo nauw nemen met de veiligheid, of de waaghalzen onder de werknemers. Het kan de besten overkomen: dat ene moment van concentratieverlies, onoplettendheid of even snel iets af willen werken, kan enorme gevolgen hebben. Metaalbewerkend bedrijf Heurkens & Van Veluw voldeed aan alle arbo-regels, voerde de risico-inventarisatie & evaluatie stipt en nauwkeurig uit en werd toch geconfronteerd met een bedrijfsongeval. Het bedrijf klopte aan bij BMD Advies Zuid-Nederland voor een andere aanpak.

Natuurlijk ben je je er bewust van dat je mensen met gevaarlijke machines werken. In de metaalbewerking gebruik je bijvoorbeeld lasersnijmachines, kantbanken en lasrobots, stuk voor stuk apparaten waar risico’s aan kleven. Dan geef je voorlichting aan je medewerkers, verstrekt persoonlijke beschermingsmiddelen en nog gaat het fout. Hoewel ik denk dat je in een branche als de onze de risico’s nooit voor 100% kunt uitsluiten, wilden wij toch kijken of we meer konden doen dan we tot nu gedaan hebben’, zegt Paul Retera, CFO bij Heurkens & Van Veluw.

Aan de RI&E mankeerde niets
Organisatieadviseur en Hogere Veiligheidskundige Pieter Diehl adviseerde Heurkens & Van Veluw om niet de RI&E opnieuw uit te voeren, maar om de ‘risicoperceptie’ van de medewerkers te verhogen. De RI&E was immers actueel, daar mankeerde niets aan. Heurkens & Van Veluw zag die aanpak wel zitten. Vlak voor de zomer werden dan ook vier bijeenkomsten georganiseerd, waarbij alle medewerkers en managers het gesprek met elkaar aangingen. Uitgangspunt was een paradigmashift, een begrip dat door managementgoeroe Covey werd ingevoerd. Een paradigma is de bril waardoor mensen kijken, bijvoorbeeld naar veiligheid. Dit wordt bepaald door ervaringen, opleidingen, normen en waarden. Soms is een paradigmashift nodig om anders naar veiligheid te kijken. Belangrijk is ook het creëren van een gezamenlijk referentiekader.

Retera: ‘Die sjieke term moest bij onze medewerkers nog wel even landen. Pieter pakte dat heel goed op. Aan de hand van filmpjes, maar ook door veel voorbeelden uit de praktijk te geven, maakte hij duidelijk dat veilig werken gaat om onder andere het inzicht in het eigen handelen, maar ook dat van een ander, het elkaar durven attenderen op onveilig gedrag, het bij het management durven aangeven van onveilige situaties en verantwoordelijkheid. Toen dat helder was, werden de mensen enthousiast. Tijdens de sessies kwamen de reacties al snel los, onveilige situaties werden direct benoemd. Medewerkers lieten lastige onderwerpen niet links liggen maar bleven doorvragen. Het eigenaarschap werd zichtbaar opgepakt.’

Aanpak risico’s
Naast de ‘risicoperceptie-sessies’ maakte een Functie Arbo Analyse deel uit van het plan van aanpak om het veiligheidsbewustzijn van de medewerkers te vergroten. Hierbij voerden een aantal vertegenwoordigers van functiegroepen zelf een analyse uit, waarbij de verschillende activiteiten en de bijbehorende gevaren en risico’s geïnventariseerd werden. Aan de hand van die inventarisatie stelde Pieter Diehl per functie een profiel op waar de mate van de risico’s aan de werkzaamheden werd gekoppeld. De volgende stap was het bepalen of en hoe er risico’s weggenomen kunnen worden. Moeten medewerkers extra getraind worden? In welke situatie moeten er persoonlijke beschermingsmiddelen gebruikt worden? Mooi is dat de verschillende sessies steeds het eerder gezegde bevestigden, ook uit de individuele gesprekken kwamen dezelfde belangrijkste risico’s naar voren.

Meer nadruk op arbo, minder op tijd
Aan de gesprekken ging een veiligheidsrondgang vooraf die Pieter Diehl samen met het management door het bedrijf maakte. ‘Ik dacht dat we het heel aardig deden, maar die veiligheidsrondgang was wel een behoorlijke eye-opener. Ik ben ervan overtuigd dat onze medewerkers zeker niet bewust de veiligheidsregels overtreden, maar je schrikt toch als je iemand ziet slijpen met zijn veiligheidsbril op zijn hoofd geklemd in plaats van voor zijn ogen. Ik zie nu al dat de gezamenlijke sessies zoveel hebben opgeleverd, dat mensen elkaar in zulke situaties op de schouders tikken: ‘joh, je vergeet je veiligheidsbril’. Ook voor het management en het middenkader is er een rol weggelegd. Er worden nu duidelijke afspraken gemaakt en het vraagt om alertheid om eenieder aan die afspraken te houden. Er wordt meer gestuurd op arbo, terwijl er iets minder nadruk wordt gelegd op tijd en planning’, blikt Retera terug.

Directe opbrengst: top 4 van veiligheidsmaatregelen
Het traject leverde een top 4 op van veiligheidsmaatregelen die direct aangepakt moeten en kunnen worden. Retera: ‘Een voorbeeld is het gebruik van de heftruck. Die zijn binnen ons bedrijf vaak zwaar beladen, dat brengt natuurlijk risico’s met zich mee. We hebben de maximum snelheid technisch teruggeschroefd, zodat er alleen nog maar stapvoets gereden kan worden. Daarnaast gaan we vastleggen wie er op de heftruck mag rijden, deze mensen worden daar specifiek voor opgeleid. Dat geldt voor onze eigen mensen, maar het zijn ook regels die we vast willen leggen voor flexwerkers. Geen heftruck-rijbewijs is niet rijden. Een vergelijkbare aanpak willen we voor het mogen werken met bovenloopkranen en de vacuümlift.’

Van een heel andere orde was de opmerking dat vloeren onvoldoende werden geveegd, wat de kans op uitglijden vergrootte: ‘Het gaat daarbij om een zusterbedrijf, dat een directe verbinding heeft met ons bedrijf. We hebben hen dan ook gevraagd de vloer dagelijks te vegen, zodat er geen straalgrit bij ons wordt binnengelopen. Op zich niet het grootste punt, maar het vraagt wel om een consequente aanpak, de puntjes op de i, en elkaar durven aanspreken als het toch blijft liggen. Ik denk dat we door deze vier punten aan te pakken 80% van de meest gevaarlijke situaties beter in de hand hebben.’

Veiligheidscultuur heeft een blijvend hoge prioriteit
Heurkens & Van Veluw werkt met een vaste bezetting van ongeveer 90 mensen. Het in Oss gevestigde bedrijf werd in 1998 opgericht en groeit nog steeds gestaag. Retera: ‘Ons uitgangspunt is ‘vinden, binden en boeien’. Het is in onze branche niet makkelijk om goed personeel te werven. Veel jongens hebben we zelf opgeleid. Door ze vervolgens een goed salaris te bieden en ze uitdagend en afwisselend werk te geven, blijven ze gelukkig vaak hangen. Dit traject past bij onze manier van werken. Doordat niet een buitenstaander maar de medewerkers zelf de risico’s benoemd hebben, voelen ze zich meer verantwoordelijk voor hun veiligheid en die van een ander. Het eigenaarschap en het veiligheidsbewustzijn heeft echt een boost gekregen. Wat mij betreft herhalen we de sessies regelmatig. Misschien elk jaar op kleine schaal voor nieuwe medewerkers en na een wat langere periode weer voor alle medewerkers om de boel op te frissen en wakker te schudden. De veiligheidscultuur heeft een blijvend hoge prioriteit. Of het helemaal realistisch is weet ik niet, maar we sturen op het zoveel mogelijk uitbannen van bijna-ongevallen, zodat echte ongevallen niet meer voorkomen. Een ongeval is niet goed voor de medewerkers, niet goed voor het thuisfront, maar ook niet goed voor ons bedrijf. We zeggen ook vaak tegen onze jongens: je komt hier met tien vingers binnen, we willen dat je met tien vingers met pensioen gaat.’

Duurzame inzetbaarheid