Geen strafvervolging bij agressie, dan beklag

 

Volgens de Eenduidige Landelijke Afspraken vindt bij agressie en/of geweld tegen functionarissen met een Publieke Taak in beginsel strafvervolging plaats. Mocht de Officier van Justitie toch beslissen om niet tot strafvervolging over te gaan dan kan een rechtstreeks belanghebbende daarover beklag doen bij het Gerechtshof. Deze beklagmogelijkheid is neergelegd in artikel 12 Wetboek van Strafvordering.

Zodra de belanghebbende van de Officier van Justitie het bericht ontvangt dat niet tot strafvervolging wordt overgegaan, start de termijn van 3 maanden waarbinnen het beklag moet worden ingediend. Het beklag is vormvrij, dat betekent dat het voldoende is om een brief te sturen met daarin de naam en het adres van de klager en de reden waarom hij of zij het oneens is met de beslissing van de Officier van Justitie. Het beklag moet worden gestuurd naar het Gerechtshof waaronder het Arrondissementsparket valt waar de strafzaak (niet meer) in behandeling is. Het Gerechtshof neemt het beklag vervolgens in behandeling en zal beoordelen of het beklag gegrond of ongegrond is. Oordeelt het Gerechtshof dat het beklag gegrond is en vervolging moet plaatsvinden, dan beveelt het Gerechtshof dat vervolging zal worden ingesteld door de Officier van Justitie. Is het beklag ongegrond dan is de zaak daarmee afgedaan. Tegen de beslissing op een beklag is geen hoger beroep of cassatie mogelijk.

Bron: evpt.nl

Algemeen sociale veiligheid