Of het nu gaat om een agent, docent of buschauffeur, iedere werknemer met een publieke taak kan te maken krijgen met boosheid en emoties. Soms is dit gedrag acceptabel en zelfs begrijpelijk. Soms worden de grenzen zo ver overschreden dat aangifte van een strafbaar feit op zijn plaats is.
Steeds vaker krijgt het expertisecentrum Veilige Publieke Taak daardoor vragen over verschillende juridische kwesties. Wanneer is er bijvoorbeeld sprake van een bedreiging? Wanneer is een uitlating te beschouwen als een bedreiging in de zin van het Wetboek van Strafrecht? In artikel 285 van dat wetboek staat dat het strafbaar is om iemand te bedreigen met een ernstig misdrijf. Het artikel somt de misdrijven op. Zo is het onder meer strafbaar om iemand te bedreigen met de dood, met zware mishandeling of met brandstichting.
Het is niet alleen van belang wat er precies is gezegd, ook de omstandigheden spelen een rol. Zijn de omstandigheden dusdanig dat bij de bedreigde persoon de redelijke vrees kan ontstaan dat het misdrijf gepleegd zal worden? Als hieraan is voldaan, kan de bedreiging strafbaar zijn. Het is aan de rechter om dit te beoordelen.
Wie bedreigd is en zich bedreigd voelt, kan daarvan aangifte doen bij de politie. De politie is verplicht om aangifte op te nemen. De juristen van het expertisecentrum helpen graag als het gaat om kwesties als aangifte doen, het verhalen van schade en aansprakelijkstellingen.
Meer informatie vindt u hier.
Bron: VPT
