Hybride werken en de RI&E

De werkgever is altijd verantwoordelijk voor een veilige en gezonde werkplek voor werknemers en voor de inrichting van die werkplek, ook als het een thuiswerkplek is.

De zomer loopt ten einde. Aan de temperaturen is dat gelukkig nog niet te merken, maar de meeste werknemers komen terug van vakantie. Voorgaande jaren begon in september een nieuwe coronagolf. In sommige bedrijven is hybride werken al normaal. Het is een middel om drukte op kantoor te voorkomen, zonder dat het werk er onder lijdt. Wat moeten preventiemedewerkers weten over hybride werken.

De valkuil bij hybride werken is te denken dat je als werkgever al ervaring hebt met thuiswerken. Als bedrijf opeens weer van werken op kantoor naar thuiswerken of hybride werken gaat, is het van belang om te weten aan welke arbo-eisen je als werkgever moet voldoen. De werkgever is altijd verantwoordelijk voor een veilige en gezonde werkplek voor werknemers en voor de inrichting van die werkplek, ook als het een thuiswerkplek is.

RI&E verplichting

Stel als werkgever een Risico-inventarisatie & -evaluatie (RI&E) op voor thuiswerken, om de arbeidsrisico’s voor je werknemers in kaart te brengen. Met welke arbeidsrisico’s kunnen jouw medewerkers te maken krijgen? Het opstellen van een RI&E is verplicht. Bedrijven brengen risico’s en gevaren in beeld, waardoor gezondheidsklachten en ongelukken voorkomen kunnen worden. Daarom is het meer dan verstandig om ook de thuiswerkplek in de RI&E op te nemen.

Verantwoordelijkheden werkgever en werknemer

Bij thuiswerken is behalve de werkgever, ook de medewerker verantwoordelijk. Die moet bij de werkgever melden als de thuiswerkplek niet aan de eisen voldoet of als die door thuiswerken fysieke of mentale klachten krijgt.

Het is belangrijk dat de werknemer de vrijheid heeft om het gesprek over fysieke of mentale krachten met de werkgever of preventiemedewerker aan te gaan. Dit bevorder je als werkgever door de medewerker op zijn of haar verantwoordelijkheid te wijzen. Aan de andere kant moet de werknemer het gevoel hebben dat er bij eventuele klachten mogelijkheden voor verbeteringen zijn.

Bron: Arboportaal

Wet- en Regelgeving