Op 12 oktober besteedde het Vara televisieprogramma Zembla aandacht aan het vervoer van gevaarlijke stoffen in Nederland. Zembla geeft in haar uitzending aan dat transportbedrijven in toenemende mate Oost-Europese chauffeurs inzetten voor het vervoer van gevaarlijke stoffen en dat deze chauffeurs niet altijd vakbekwaam zijn of over de juiste papieren beschikken. In de uitzending wordt tevens geconstateerd dat de handhavende instantie - de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) - onvoldoende capaciteit heeft om eventuele misstanden te controleren.
Transport en Logistiek Nederland (TLN) laat dinsdag in een verklaring weten dat zij van mening is dat misstanden in het vervoer van gevaarlijke stoffen door de minister van Infrastructuur en Milieu zo snel mogelijk nader onderzocht moeten worden. De ondernemers die de regels niet naleven, dienen volgens TLN aangepakt te worden.
TLN zegt inmiddels dan ook het initiatief te hebben genomen om de bij het vervoer van gevaarlijke stoffen betrokken partijen uit te nodigen om op een zo kort mogelijke termijn de situatie te bespreken. Het betreft hier onder andere de chemische industrie, de vervoerders, de verladers en ILT.
Het overleg is bedoeld om zo snel mogelijk eventuele misstanden, zoals bijvoorbeeld de vervalsing van ADR certificaten en de vakbekwaamheid van chauffeurs in brede zin, boven tafel te krijgen. TLN is heel duidelijk: mochten de officiële instanties daadwerkelijk constateren dat er misstanden bij het vervoer van gevaarlijke stoffen zijn, dan moeten alle betrokken partijen hard aangepakt worden.
Uiteindelijk is het, volgens TLN, aan de handhavende instanties (ILT, Arbeidsinspectie, Politie en Justitie) om de naleving van de wet- en regelgeving op het gebied van vervoer van gevaarlijke stoffen te controleren. TLN zegt zich al jaren zorgen te maken over de afnemende capaciteit bij de instanties. ‘Hiermee wordt de pakkans van bedrijven die het niet zo nauw nemen met de regels steeds kleiner, ontstaat er oneerlijke concurrentie met ondernemers die zich wel netjes aan de regels houden en komt uiteindelijk ook de veiligheid in het geding. TLN roept de handhavende instanties -en daarmee de minister van Infrastructuur en Milieu- op om op korte termijn duidelijkheid te verschaffen over de situatie in de sector’, aldus Alexander Sakkers, algemeen voorzitter van TLN.
TLN zegt tevens blij te zijn met de politieke aandacht (in Den Haag en Brussel) die de problemen met de inzet van Oost-Europese chauffeurs bij het vervoer van gevaarlijke stoffen heeft gekregen, omdat voor de transportsector veel wet- en regelgeving Europees is bepaald. TLN zegt er belang bij te hebben dat deze regels in heel Europa uniform worden ingevuld en gehandhaafd. Onder andere op het vlak van opleidingen, cabotage, inzet van buitenlandse chauffeurs en rij- en rusttijden.
Voor TLN is het helder: ‘Ondernemers dienen zich uiteindelijk aan de wet- en regelgeving en aan de CAO te houden. Doen zij dit niet, dan dienen zij aangepakt te worden. TLN pleit daarom voor veel meer uniforme Europese handhaving op essentiële zaken als opleidingsniveau, illegale inzet van buitenlandse chauffeurs en illegale cabotage.’
Bron: Transport Online
