Het waarborgen van veiligheid bij werken op hoogte

werken op hoogte

Het werken op hoogte is risicovol en mede daardoor een belangrijk aspect binnen de Arbowet-en regelgeving. Deze werkzaamheden vragen aandacht om de veiligheid van werknemers te waarborgen. Maar wat is nu eigenlijk ‘hoogte’ en hoe zorg je nou dat je veilig werkt? In dit artikel wordt dit uitgelegd en krijg je handreikingen[1].

Wet- en regelgeving

Er zijn diverse wetten, regels en normen van toepassing. In dit artikel gaan we uit van regelgeving zoals deze in Nederland geldt en hier wordt gesproken over werken op hoogte wanneer je met je voeten op 2,50 meter of hoger staat. Ga je werken over de grens dan kan het zomaar zijn dat daar net wat anders gedacht wordt over werken op hoogte. Zorg dan dat je de specifieke regels van het betreffende land kent. Maar ook bedrijven kunnen andere regels ten aanzien van hoogte hanteren, zo geldt bij diverse industriële bedrijven niet 2,50 meter als limiet, maar 1,80 meter.

Arbowet

De Arbowet is de basiswet voor veilig en gezond werken. Hierin zijn algemene verplichtingen opgenomen voor werkgevers en werknemers, waaronder het bieden van veilige arbeidsomstandigheden, het voorkomen van gezondheidsschade en het risicomanagement, inclusief werken op hoogte[2].

Arbobesluit

Dit is een aanvulling op de Arbowet en bevat specifieke voorschriften over veilig werken op hoogte, zoals eisen voor het gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen (bijvoorbeeld harnassen, valbeveiliging), de verplichting van veilige werkmethoden en de training en instructies voor werknemers die op hoogte werken. Artikelen die op dit onderwerp van toepassing zijn, zijn artikel 3.16 over het voorkomen van valgevaar en maatregelen, artikel 7.18b over het gebruik van hijs- en hefwerktuigen voor personen en artikel 7.23 over het gebruik van arbeidsmiddelen op hoogte, zoals steigers, trappen en ladders en artikel 7.34 dat over steigers gaat.

In het Arbobesluit is vastgelegd dat je werkt op hoogte wanneer je met je voeten op 2,50 meter of hoger boven de grond (of water) staat. Maar hier staat ook dat je risico kunt lopen als je lager staat, maar er bijzondere omstandigheden zijn, zoals werken boven water, in aanwezigheid van verkeer of op een werkplek die kan bewegen en waarbij je kunt vallen. De 2,50 meter is dus geen absoluut getal. Hou dat in gedachten als je verder leest.

Besluit Bouwwerken Leefomgeving (BBL)

Dit besluit bevat specifieke regels voor het veilig ontwerpen, bouwen en onderhouden van bouwwerken, inclusief richtlijnen voor veilige toegang en werken op hoogte bij constructies en gebouwen. Het bevoegd gezag is handhaver, wie dat per onderdeel is staat in artikel 2.1 van het BBL

Europese normen (bijvoorbeeld EN 363, EN 365)

Er zijn ook Europese normen die specifieke eisen stellen aan persoonlijke beschermingsmiddelen en veiligheidsmaatregelen bij werken op hoogte. Bijvoorbeeld, EN 363 behandelt valbeveiligingssystemen en EN 365 specificeert de minimale algemene eisen voor instructies voor gebruik en onderhoud van persoonlijke beschermingsmiddelen tegen vallen.

Risico’s inventariseren

Voor iedereen zal het direct duidelijk zijn dat het risico van werken op hoogte is dat je naar beneden kunt vallen. Dat kan je natuurlijk ook als je op 1 meter staat. Is er een vlakke ondergrond zonder obstakels, dan is een val van 1 meter over het algemeen niet levensbedreigend. Een breuk of flinke verstuiking is echter wel te verwachten[3]

Maar wat nou als je van 1 meter hoogte valt en onder je staan stekeinden? Of onder je is stromend water? Dan opeens is er een reële kans dat je toch ook bij geringe hoogte overlijdt. Denk niet alleen aan personen die kunnen vallen, maar ook aan materialen of gereedschappen. Als je een steiger als collectieve maatregel hebt aangebracht, maar er werken mensen tegelijkertijd boven/onder elkaar, dan is er een kans dat wanneer iets valt een persoon geraakt wordt. 
Dat geldt natuurlijk ook voor werken boven of nabij de openbare ruimte en er valt wat naar beneden. En daarbij geldt ook nog eens dat van hoe hoger iets valt, hoe groter de impact is! Een kleine bout wordt dan een dodelijk voorwerp, ook als hij op iemand zijn helm terecht komt! Het afzetten van het werkgebied is dan, naast het aanlijnen van gereedschap, een noodzakelijke maatregel.

Denk bij valgevaar ook aan het werken in de buurt van sparingen of steile taluds! Je werkt dan technisch gezien misschien niet op hoogte, maar doordat je wel naar beneden kan vallen moet het wel als zodanig beoordeeld worden.
Naast vallen is er ook een gevaar wanneer in de buurt elektriciteit of zendmasten wordt gewerkt. Blootstelling aan straling en elektrocutie zijn dan risico’s waar rekening mee gehouden moet worden. En wat te denken van het omvallen van het ingezette materieel, bijvoorbeeld door wind, aanrijding, ongelijke of instabiele ondergrond?

Bij het inventariseren van risico’s dient ook gedacht te worden aan persoonlijke omstandigheden van de medewerker. Gebruikt de medewerker medicatie die het risico op vallen of struikelen groter maken, zoals bijvoorbeeld antidepressiva of bloeddrukverlagende medicijnen? Is er sprake van een ziekte zoals epilepsie, diabetes of ziekte van Parkinson die de kans op vallen vergroot? Het is verstandig medewerkers hierop te wijzen en zo nodig advies te vragen van bijvoorbeeld de bedrijfsarts vooraf naar te vragen. 
De gevaren en de mogelijke gevolgen zullen dus voor iedere werkplek en voor iedere persoon iedere keer opnieuw moeten worden geïnventariseerd en beoordeeld, en voor iedere situatie moeten passende maatregelen getroffen worden.

Arbeidshygiënische Strategie

Nu weten we dat werken op hoogte risicovol is en welke wet- en regelgeving van toepassing is, maar hoe bepaal je dan de maatregelen om het risico te beheersen? Ook dat ligt vast in de Arbowet: de arbeidshygiënische strategie. Deze bestaat uit vier stappen:

Stap 1: Haal het risico weg. Kan je in het ontwerp voorkomen dat er tijdens de realisatie op hoogte gewerkt moet worden? Kan het zo gemaakt worden dat een te onderhouden apparatuur naar beneden gehaald kan worden voor er aan gewerkt moet worden? Dan is dat de eerste keus. Dit is een bronmaatregel. 
Hoe het risico van werken op hoogte voorkomen kan worden is uitgewerkt in het artikel Veilig werken op hoogte.

Stap 2: kan het risico niet weggenomen worden? Dan is een maatregel die iedereen beschermt de tweede keus. Dit noemen we de collectieve maatregel. Denk hierbij aan het plaatsen van een steiger of een permanente werkvloer. Ook randbeveiliging is een collectieve maatregel.

Stap 3: Pas als de voorgaande twee stappen niet genomen kunnen worden, wordt er teruggevallen op individuele maatregelen. Denk hierbij aan ankerpunten waaraan iemand zich met een valharnas aan kan zekeren.

Stap 4: Als allerlaatste stap, als het echt niet anders kan, komen persoonlijke beschermingsmiddelen in beeld.

De volgorde van de stappen is bij wet vastgelegd en iedereen is verplicht zich hieraan te houden. Maar hierbij geldt wel het ALARP-principe: As Low As Reasonable Possible. In het Nederlands: zo laag als redelijkerwijs mogelijk, het redelijkerwijsprincipe. Voorzieningen moeten goed op de markt verkrijgbaar zijn en de kosten c.q. moeite moeten in verhouding staan met wat het oplevert. Dit is en beetje schemergebied, mede daarom is het belangrijk dat keuzes gemotiveerd en vastgelegd worden.

Je legt de risico’s én de beheersmaatregelen vast in een Risico Inventarisatie en -evaluatie (RI&E) en werkt dit verder uit in werkinstructies en zo nodig taak risico-analyses. Keuzes die in het ontwerp worden gemaakt, worden vastgelegd in een apart document dat bij het V&G-plan Ontwerpfase - naast de RI&E die daarbij hoort - bijgevoegd wordt.

Ladder- of trapgebruik

Een ladder of trap is geen werkplek. Het gebruik van een ladder of trap is ook volgens de arbeidshygiënische strategie niet de eerste keus, het is geen bron- of collectieve maatregel. Het beschermt iemand niet tegen vallen, sterker, het gebruikt vormt een extra risico op vallen, maar ook op letsel door lichamelijke belasting. Toch is er geen verbod op het gebruik, het gebruik is echter wel gebonden aan strenge en strikte voorschriften[4]

Volandis geeft gratis nuttige A-bladen uit waarin regelgeving vertaald is naar de praktijk, er is ook een A-blad voor ladders en trappen[5]. Hierin staat ook een schema waarmee bepaald kan worden of een ladder of trap ingezet mag worden. Maak er gebruik van!

Redden van of op hoogte

Gaat het op hoogte mis, dan zijn de effecten vaak al snel ook ernstig. Kan je bijvoorbeeld met de AED snel boven komen? Kan je met een brancard snel iemand naar beneden krijgen zodat hij naar het ziekenhuis vervoert kan worden? 
Een zogenaamde suspension trauma relief strap - een band aan het valharnas waarin iemand kan gaan staan na een val om te voorkomen dat aderen afgeklemd worden - is alleen maar nuttig wanneer iemand bij kennis is en nog steeds kan handelen. In alle andere gevallen zal de persoon zo snel als mogelijk, maar in ieder geval binnen vijftien minuten, uit zijn benaderde positie moeten zijn gered. En ook op de grond zijn dan belangrijke aandachtspunten: laat iemand nooit plat liggen!

Gebeurt dat wel dan is de kans groot dat de persoon alsnog overlijdt door stolsels in de bloedvaten. Gaat het mis in een hoogwerker, is er dan iemand in de buurt die weet hoe de noodbediening werkt?

Heel erg belangrijk is dus dat de BHV-ers weten hoe zij moet handelen en dat er middelen aanwezig zijn om hulp te kunnen verlenen. Is je eigen BHV-team hier niet op getraind? Misschien zijn er afspraken met de brandweer te maken? Zo niet, dan zullen de BHV-ers een aanvullende training moeten krijgen.

Instructie, toezicht en handhaving

Instructie

Alle risico’s zijn geïnventariseerd, met het team zijn beheersmaatregelen bepaald en je wilt aan de slag. Maar voor je start is het belangrijk dat iedereen geïnformeerd wordt over de risico’s van zijn of haar werk en de beheersmaatregelen die zijn afgesproken: de instructie. 
Het kan zijn dat het repeterende werkzaamheden zijn en dat hiervoor een standaard werkinstructie op de plank ligt. Beoordeel deze instructie dan minimaal een keer per jaar (of vaker wanneer omstandigheden veranderen) en bespreek deze dan ook ieder jaar met de medewerkers. Nieuwe medewerkers krijgen deze instructie natuurlijk voor ze starten met hun werk.

Wanneer de werkzaamheden niet tot de standaardwerkzaamheden behoren, of wanneer er door een combinatie van factoren extra gevaren ontstaan is een Taak Risico Analyse - de TRA - nodig[6]

Welke methode je ook gebruikt, je moet aan kunnen tonen dat de medewerkers voldoende zijn geïnstrueerd.

Toezicht en handhaven

Een werkgever is niet klaar met het zorgen voor juiste arbeidsmiddelen en het geven van instructie, er is ook een verplichting tot het toezicht houden[7].

Samenvattend

Werken op hoogte is een breed begrip en niet alleen van toepassing wanneer iemand met zijn voeten op 2,50 meter staat. Bij de beheersing van risico’s dient altijd de arbeidshygiënische strategie gehanteerd te worden, echter wel met inachtneming van het ALARP-principe. Als het risico niet weggenomen kan worden moeten er passende beheersmaatregelen genomen worden en moet de BHV-organisatie berekend zijn op hun taak. Tijdens de uitvoering moet toezicht gehouden worden en moeten medewerkers zo nodig aangesproken en gecorrigeerd worden.  

Noten

[1] De gezondheidsrisico’s van veelvuldig vliegen worden in dit artikel buiten beschouwing gelaten en ook de overige arbeidsrisico’s voor dit specifieke deel van werken op hoogte is buiten beschouwing gelaten.
[2] Artikel 3.16. De Nederlandse Arbeidsinspectie handhaaft op zowel de Arbowet als op het Arbobesluit.
[3] Bron: https://www.lerenvoorveiligheid.nl/vallen-van-trap-of-helling, en er zijn toch ook mensen die hierbij hun nek breken en wel overlijden. De kans is echter kleiner dan bij een val van 3 meter.
[4] Artikel 7.23 Arbobesluit: https://wetten.overheid.nl/BWBR0008498/2024-01-01/#Hoofdstuk7_Afdeling4_Paragraaf2b_Artikel7.23a en wetgeving draagbaar klimmaterieel: https://www.nvwa.nl/onderwerpen/trappen-ladders-en-steigers/veiligheidseisen-draagbaar-klimmaterieel
[5] https://www.volandis.nl/werk-veilig/instrumenten/a-bladen/a-blad-ladders-en-trappen
[6] VCA. En ook deze TRA moet met de betrokkenen worden doorgenomen.
[7] Arbowet artikel 8, lid 4.. Er wordt in de wet niet bepaald hoeveel toezicht er moet zijn, wel moet het zodanig zijn dat medewerkers gestimuleerd worden zich te houden aan de afspraken. En toezicht houden is natuurlijk niet alleen kijken hoe het gaat, het is ook het elkaar aanspreken, corrigeren en handhaven.

Zoekwoorden
veiligheid
werken op hoogte

De praktijk