Agressie en geweld tegen beveiligers

Onderzoek Veiligheidsbranche

De branche
De Nederlandse Veiligheidsbranche is de brancheorganisatie van alle bedrijven die economisch actief zijn in de veiligheidsbranche. De aangesloten bedrijven bij de Nederlandse Veiligheidsbranche willen een prominentere rol spelen in de Nederlandse veiligheidszorg. De branche wil samen met klanten, politie, justitie en overheden de handen ineen slaan om Nederland veiliger te maken. Er zijn circa zeventig grote, middelgrote en kleinere beveiligingsbedrijven lid. De Nederlandse Veiligheidsbranche behartigt de belangen van de branche bij de overheid, de politiek en de politie. Daarnaast worden er jaarlijks diverse evenementen georganiseerd voor de leden. De Nederlandse Veiligheidsbranche heeft een gedragscode waar aangesloten bedrijven zich aan dienen te houden.

De beroepsgroep van de beveiligers is niet als aparte groep in de definitie van publieke taak van het ministerie van Binnenlandse Zaken meegenomen. Alleen als beveiligers werken in opdracht van de overheid, vallen ze onder de uitvoering van de Veilige Publieke Taak. Daarom is de beroepsgroep van de beveiligingsbranche tot op heden niet expliciet meegenomen in het VPT-onderzoek naar aard en omvang van agressie en geweld. De Nederlandse Veiligheidsbranche heeft daarom, samen met het Sociaal Fonds particuliere beveiliging, besloten zelf onderzoek te laten uitvoeren.

In 2012 is onderzoek verricht onder achttien bedrijven uit de Nederlandse Veiligheidsbranche (met een gemiddelde bedrijfsgrootte van 1.250 medewerkers). Het onderzoek brengt de aard en omvang van agressie en geweld tegen beveiligers in beeld.
Van de deelnemende bedrijven zijn de beveiligers uitgenodigd om mee te doen aan het onderzoek. Dit resulteerde in 736 compleet ingevulde vragenlijsten. 


De resultaten 
Twee op de drie beveiligers is de afgelopen twaalf maanden geconfronteerd met agressie of geweld door een externe (65%). Bij een kwart gebeurt dit maandelijks, bij een tiende zelfs elke week. In de winkelsurveillance en bij toezichthouders op straat (boa’s, straatcoaches, parkeerbeheerders en verkeersregelaars) zijn de slachtofferpercentages het hoogst. Beveiligers die aan een receptie werken worden het minst vaak slachtoffer. De meest voorkomende vorm van agressie en geweld is verbale agressie (60%).

Vergelijking
Vergeleken met vijftien andere beroepsgroepen met een publieke taak is het slachtofferpercentage onder beveiligers iets hoger dan gemiddeld, maar zeker niet extreem. Beveiligers zijn qua percentage slachtoffers goed vergelijkbaar met de politie. Uit de vergelijking met andere beroepsgroepen blijkt dat beveiligers relatief vaak slachtoffer worden van intimidatie en bedreigingen en relatief weinig van seksuele intimidatie.

Vergeleken met het gemiddelde van de vijftien beroepsgroepen met een publieke taak die zijn onderzocht worden beveiligers relatief iets vaker slachtoffer van agressie en geweld. Van de beveiligers krijgt 65 procent jaarlijks te maken met agressie en geweld, terwijl dat gemiddeld 59 procent is voor de vijftien andere beroepen.

Meest riskant
Het hoogste percentage slachtoffers van agressie en geweld vinden we bij twee soorten dienstverlening: winkelsurveillance (94%) en in de categorie ‘Toezicht en Handhaving’ (boa’s, straatcoaches, parkeerbeheerders en verkeersregelaars) (90%). Beveiligers die in deze twee soorten dienstverlening werkzaam zijn worden bijna allemaal jaarlijks met één of meer vormen van agressie en geweld door externen geconfronteerd.

Minst riskant
De minst riskante vormen van dienstverlening in de beveiligingsbranche zijn receptiewerkzaamheden (45%), luchthavenbeveiliging (57%) en objectbeveiliging (58%). Overigens valt op dat ook daar nog de helft van de beveiligers jaarlijks het slachtoffer wordt van agressie of geweld. De andere vormen van dienstverlening, evenementenbeveiliging, mobiele surveillance en overige dienstverlening zijn qua slachtofferschap vergelijkbaar met het gemiddelde in de beveiligingsbranche als geheel.


Persoonlijke gevolgen
Drie op de vier beveiligers die het afgelopen jaar slachtoffer werden van agressie of geweld geeft aan dat het meest recente voorval geen persoonlijke gevolgen voor ze heeft gehad (75%). Degenen die zeggen dat het voorval wel gevolgen voor ze had, rapporteren relatief vaak dat ze zich gekwetst, gespannen of gestrest voelden (14%). Eén op de tien slachtoffers ging (tijdelijk) met minder plezier naar het werk (9%). Er waren ook slachtoffers die last hadden van andere negatieve gevolgen: slechter slapen (9%), ‘fysieke gevolgen’ (4%), minder goed kunnen functioneren op het werk (3%) of thuis (3%), materiële schade (3%). Twee op de honderd slachtoffers hebben zich (tijdelijk) ziek gemeld (2%).
Bij een kwart van de slachtoffers waren de negatieve gevolgen na een dag voorbij (23%) en bij nog eens een kwart binnen een week (27%). In een kwart van de gevallen (25%) had het slachtoffer langer dan een maand last van de gevolgen, in één op de zeven gevallen (14%) zelfs langer dan drie maanden.

Aangiftebereidheid
Bijna ieder slachtoffer (84%) bespreekt het gebeurde met een collega of een leidinggevende. Maar tot een officiële melding aan de leidinggevende komt het minder vaak: 52 procent van de slachtoffers zegt dat ze het voorval hebben gemeld bij hun leidinggevende en 43 procent van de voorvallen is intern geregistreerd. In totaal is de politie op de hoogte gesteld van vier op de tien voorvallen: 19 procent is gemeld en nog een 20 procent leidde tot een aangifte. Vergeleken met andere beroepsgroepen zijn de meldings- en aangiftebereidheid onder de beveiligers hoog.

Aanbevelingen

Maatwerk is nodig
Ten eerste blijkt uit dit onderzoek dat slachtofferschap niet gelijk over de hele beveiligingsbranche is verdeeld: het risico op agressie en geweld verschilt per werknemer, per organisatieonderdeel en per bedrijf. Dat betekent dat een algemene aanpak ook hooguit algemene effecten zal hebben. Maatwerk is vereist om incidenten goed op te volgen en op ‘laag’ niveau in de organisaties daadwerkelijk iets tegen de problemen te doen. Elke werkgever zal zich moeten afvragen welke maatregelen voor welke onderdelen van het bedrijf en voor welke werknemers geschikt zijn, welke maatregelen al getroffen worden en of er extra maatregelen nodig zijn. Een algemeen recept dat overal zal werken kan eenvoudigweg niet worden gegeven. Wel biedt dit rapport mogelijkheden om te bepalen waar de winst maximaal zal zijn: de risicovolle situaties en soorten dienstverlening zijn nu duidelijk geworden. Het spreekt voor zich dat de meeste winst kan worden geboekt door de inspanningen daarop te richten.

Implementeer alle VPT-maatregelen
Uit dit onderzoek blijkt dat de acht ‘standaard’ maatregelen om agressie en geweld tegen te gaan niet overal zijn geïmplementeerd. Er zijn verschillen tussen het formele beleid en het beleid zoals dat door de werknemers wordt ervaren. Vooral bij interne meldingen, opvang en nazorg voor slachtoffers en het verhalen van schade op de dader, blijkt er een ‘gat’ te bestaan tussen formeel en ervaren beleid. Deze maatregelen zouden dus niet alleen formeel moeten worden vastgelegd, maar ook beter moeten worden geïmplementeerd. Eén andere maatregel – het stellen en uitdragen van een norm voor acceptabel gedrag – verdient daarbij bijzondere aandacht. Het stellen en uitdragen van een norm is immers niet eenvoudig voor beveiligingsbedrijven die in opdracht van een externe klant werken. Het verdient aanbeveling om als branche uit te zoeken hoe de norm zou kunnen worden ‘opgelegd’ aan de markt en de opdrachtgevers. In het algemeen is de aanbeveling om als branche te gaan werken volgens de standaarden die worden gehanteerd door andere publieke beroepsgroepen, al was het maar omdat voor het grote publiek niet duidelijk is waarom beveiligers niet vallen onder de definitie van werknemer met een publieke taak. Daarom verdient het, tot slot, ook aanaanbeveling om als beveiligingsbranche te overwegen nauwer te gaan samenwerken met het programma Veilige Publieke Taak.

Stel koppels en teams slim samen
Jongeren en mannen worden vaker slachtoffer dan oudere beveiligers en vrouwen. Dat kan twee dingen betekenen: a) jonge mannen zijn vaker het doelwit van agressie en geweld of b) jonge mannen zijn minder ervaren in het de-escaleren van incidenten. Er is aanvullend kwalitatief onderzoek nodig om uit te zoeken welke van de twee verklaringen de juiste is. Maar in de tussentijd kunnen beveiligingsbedrijven al hun voordeel doen met deze kennis. Hoewel het qua arbeidsroosters niet altijd praktisch haalbaar zal zijn, zou als uitgangspunt kunnen worden gekozen dat jonge, mannelijke beveiligers die naar riskante situaties gaan altijd moeten worden gekoppeld aan een oudere of vrouwelijke collega.

Naast preventie ook zorg en repressie
De maatregelen die worden genoemd in dit rapport bestaan uit een combinatie van preventie-, zorg- en repressieve maatregelen. Het treffen van preventieve maatregelen is nuttig, maar het is onwaarschijnlijk dat alle problemen daardoor kunnen worden voorkomen. Dat betekent dat het van belang is om ook aandacht te besteden aan opvang en nazorg voor de slachtoffers en een afdoende (strafrechtelijke)
reactie richting de dader. Vooral het verhalen van schade op de dader of het geven van een andere reactie is zeldzaam. Daar is veel meer mogelijk zoals andere beroepsgroepen met een publieke taak laten zien.

Acht VPT -maatregelen
Voor het bestrijden van agressie en geweld heeft het landelijke programma Veilige Publieke Taak van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
acht maatregelen opgesteld die moeten worden bevorderd door werkgevers:
1. Draag uit wat uw norm is voor acceptabel gedrag.
2. Bevorder dat uw werknemers elk voorval van agressie en geweld melden.
3. Registreer alle voorvallen van agressie en geweld tegen uw werknemers.
4. Train uw werknemers in het voorkomen van en omgaan met agressie en geweld.
5. Reageer binnen 48 uur op degene die agressief is of geweld gebruikt tegen uw werknemers.
6. Bevorder dat uw werknemers aangifte doen en/of geef strafbare feiten (zoals fysiek geweld en bedreiging) zelf aan bij de politie.
7. Verhaal de schade op de dader.
8. Verleen opvang en nazorg aan werknemers die slachtoffer zijn van agressie en geweld.

Meer informatie over de maatregelen staat op deze websites:

http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/geweld-tegen-overheidspersoneel

Expertisecentrum Veilige Publieke Taak: www.evpt.nl.

Het volledige rapport is hier te lezen.

Bron: De Nederlandse Veiligheidsbranche




 

Risicoberoepen en sectoren